Broekbakema
Broekbakema

Stadion Feyenoord

De tijdloze allure van De Kuip zit in de eenvoud

Voor Feyenoord was het ruim 85 jaar geleden een uitgemaakte zaak. De club en de stad verdienden een vermaard stadion. Na de bouw doopten de Rotterdammers de thuishaven van hun gelijknamige club – Stadion Feyenoord – liefkozend om tot De Kuip. De rest is geschiedenis. Tot op de dag van vandaag ademt de monumentale voetbaltempel talloze historische clubzeges. Een plek van wereldformaat die haar allure ook dankt aan de eenvoud van het stadion.  
 
Het ging de clubvoorzitter uit die allereerste beginjaren – Leendert van Zandvliet – vooral om de voetbalbeleving van bezoekers. Hij was wars van esthetische franje. Het moest zeker geen Amsterdams Olympisch Stadion worden. Hij wilde vooral dat bezoekers vrij zicht kregen en kort op het veld zaten. De grondleggers van Broekbakema – Jan Brinkman en Leendert van der Vlugt – gingen in 1933 met het ontwerp en de bouw van het stadion aan de slag.  

Functionalistisch ontwerp 

Zij kozen voor een functionalistisch ontwerp naar de wetten van Het Nieuwe Bouwen. Dat was ook helemaal naar de tijdsgeest van toen en de traditie van Jan Brinkman en Leendert van der Vlugt. De gebruikers en bezoekers van het stadion stonden in het middelpunt, dankzij het ontwerp met twee ringen. Het stadiongebouw had ook geen kolommen. Uiteindelijk werd Stadion Feyenoord uit een stalen constructie opgetrokken. Dat was toen nog heel ongebruikelijk en vooruitstrevend.  

Zwevende constructies 

De tweede ring hing als een ogenschijnlijk balkon boven de eerste ring.  Deze constructie van de tweede ring stond compleet vrij van de rest van het stadion. Beide ringen waren slechts door een dunne vliesgevel met elkaar verbonden. Daardoor leek het alsof de bovenste ring boven de onderste zweefde. Jan Brinkman en Leendert van der Vlugt stond nog meer te doen. Met het ontwerp wilden zij de wedstrijdsfeer binnen het stadion met de aangrenzende omgeving verbinden. Zodat je buiten een glimp op kon vangen van de sfeer die in Stadion Feyenoord heerste. 

Daglicht door trappenhuizen buiten het stadion

Om die reden was het belangrijk dat het licht van alle kanten het stadion in kon. Daarom werden de trappenhuizen buiten het stadion gezet. Terwijl de trappen van de eerste- en tweede ring om elkaar heen werden gevlochten. Het stadion als geheel werd omkleed met een vliesgevel. In het gebouwontwerp waren alleen de fundering, heipalen en vloeren van beton. De vloeren werden met maar 7 centimeter extreem dun uitgevoerd.  

Nieuwe torens als lichtbakens

Uiteindelijk zag Van Der Vlugt het stadion nooit opengaan; hij overleed in 1936. Zijn compagnon Brinkman ging verder met Jo van den Broek. Later voegde Jaap Bakema zich bij het gezelschap, kort daarop kwam Jan Brinkman te overleiden. In de decennia daarna zou het gebouw diverse metamorfoses ondergaan. Jo van den Broek en Jaap Bakema namen die aanpassingen voor hun rekening. In 1957 plaatsten zij de vier gigantische torens die het stadion van licht voorzien. Het ontwerp van deze lichtbakens benadrukt de horizontale lijn van De Kuip. Als ze branden, weet je dat Feyenoord speelt. 

Reddingsplan jaren ‘90

De bouwkundige vervolmaking – maar ook het onderhoud – kwamen tot een einde in de decennia erna. Dankzij bezuinigingsmaatregelen in de jaren ‘80 raakte De Kuip verwaarloosd. Ooit schitterde het gebouw, bijvoorbeeld dankzij de stralende raampartijen. Maar nu voelde de sfeer in- en om het stadion ineens als vergane glorie. De ramen werden dichtgezet. Het beton was gaan rotten. Niemand had dit ooit gedacht, maar er dreigde sloop dankzij het achterstallige onderhoud. De uiteindelijk redding bleek de monumentenstatus die het stadion verwierf, naast een ‘reddingsplan’ voor de commerciële exploitatie van De Kuip.

Commerciële exploitatie gebouw

Dit idee kwam van het team bij Van den Broek en Bakema, waaronder Meindert Booij en Henk Verbij. Samen met het bureau Zwarts en Jansma vatten zij het plan op om commerciële ruimtes aan het stadion toe te voegen. Ook bedachten zij het idee om De Kuip geschikt te maken voor popconcerten. Daarvoor moest elke bezoeker bij slecht weer wel droog kunnen zitten. Met de plannen gloorde weer nieuw licht aan de horizon. Alle betrokken partijen voelden de urgentie voor een grootscheepse renovatie. 

Bouwkundige aanpassingen

Deze renovatie voor het behoud van De Kuip kwam er in de jaren ‘90. Het Broekbakema-team – met onder meer architect Meindert Booij – zette haar tanden in deze historische opgave om het stadion voor de toekomst klaar te stomen. Er werden skyboxen in het leven geroepen voor sponsors en andere commerciële doeleinden. Daarvoor was bouwkundig gezien een chirurgische ingreep nodig in de Maastribune. Dat luisterde heel nauw. Het team stond voor complexe bouwkundige uitdagingen.

Markante zilveren overkapping

Want bij een popconcert host en deint de menigte in een vol stadion nog veel meer dan bij een voetbalwedstrijd. Dat vereiste speciale constructies. Voor bij slecht weer kreeg het stadion ook een markante en zilveren overkapping. Een constructie die compleet vrijstaat van de 1e en 2e ring. De bouwkundige aanpassingen waren alleen niet genoeg om De Kuip nieuw leven in te blazen. Voor de commerciële exploitatie was ook extra gebouwcapaciteit noodzakelijk. 

Nieuwe Maasgebouw

Zo stonden kantoorruimte en ontvangstruimte ten behoeve van zakelijke relaties hoog op het wensenlijstje. Dat leidde tot de ontwikkeling van een nieuw gebouw naast het stadion. Het Maasgebouw, dat voortaan ook onderdak bood aan het Feyenoord-museum. Het Broekbakema-team liet zich inspireren door een klassiekers, een van de iconische gebouwen van haar voorgangers. Naar het ontwerp van de Van Nelle Fabriek werden als verbindende schakel tussen het Maasgebouw en het stadion loopbruggen gebruikt. 

Voetgangersbrug en Olympiazaal 

Voor Broekbakema bleef het niet bij deze historische operatie. Dankzij de popconcerten kreeg  
De Kuip steeds meer het karakter van een muziektempel. Het stadion bloeide weer op en het aantal bezoekers groeide. Voor de veiligheid bleek een aparte en afgeschermde route voor supportersgroepen noodzakelijk. Broekbakema ontwierp deze voetgangersbrug, die tussen het nabijgelegen treinstation en het stadion ligt. In de Rotterdamse volksmond heet de brug inmiddels de ‘loopgoot’. In de periode erna volgde de verbouwing van de Olympiazaal. Meindert Booij zorgde vanuit Broekbakema voor het ontwerp. Daarbij kwam een technisch hoogstandje om de hoek kijken. De onderkant van de tribune moest namelijk in het zicht blijven. Zo kreeg de Olympiazaal haar originele en transparante sfeer terug.

Geschiedenis herhaalt zich 
Gebouwen kunnen de tand des tijds prima doorstaan. Zelfs een stadion, dat bewijst De Kuip maar eens te meer. De allure van zulke tijdloze gebouwen zit in de eenvoud van het ontwerp. Daardoor groeide het stadion ook met de tijd mee. Voor die toekomstbestendigheid moet je natuurlijk wel wat blijven doen, zoals de renovatie en transformatie uit de jaren ‘90 lieten zien. Met de ambities en financiële uitdagingen van nu herhaalt zich de geschiedenis en urgentie van een transformatie.  Het Broekbakema-team met partner-architect Meindert Booij heeft destijds laten zien hoe succesvol zo’n renovatie uitpakt. De Kuip kon er weer 30 jaar tegenaan. En wat ons betreft nog steeds.  
 
Clubgevoel 
Wij vertrouwen op de kracht van gebouwen waar mensen op hun plek zijn. Dat noemen wij ook wel het club- of communitygevoel. Wij zien het aan Feyenoord en de vele andere Rotterdammers. Natuurlijk voelen wij onze historische band. Voor de toekomst dragen wij de club een warm hart toe in hun vertrouwde tijdloze stadion. Ondertussen blijven wij in de traditie van onze voorgangers duurzame gebouwen voor sterke communities ontwerpen en transformeren. Van het ABN AMRO-hoofdkantoor in Amsterdam tot het DSM-hoofdkantoor in Maastricht. En heel eerlijk? Met dat flinke staaltje voetbalglorie past Rotterdam nog steeds prima in dit rijtje. 

Project
Stadion Feijenoord
Locatie
Rotterdam, Nederland
Opdrachtgever
Feyenoord Rotterdam; Stadion Feijenoord N.V.
Start Ontwerp
1933
Oplevering
1937
Renovatie
1994
Architect
Leendert van der Vlucht; Johannes Brinkman
Renovatiearchitect
Ir. Meindert Booij; Henk Verbij; Mosché Zwarts
Beschrijving
Meervoudig gerenoveerd voetbalstadion van Feyenoord Rotterdam

Wilt u meer weten? Wij vertellen u graag meer.

  • ir. Meindert Booij
  • Architect directeur

Gerelateerde expertises

We zijn er trots op dat opdrachtgevers zich in onze architectuur en werkwijze herkennen. Onze portfolio bestaat uit boeiende projecten; van kleinschalige herbestemmingen tot complexe nieuwe gebouwen en complete masterplannen. We staan bekend om het ontwerpen van hoogwaardige kennisomgevingen voor onderwijs en research en het transformeren van (jonge) monumenten, onze betrokken samenwerking, onze vanzelfsprekende toepassing van duurzaamheidsmaatregelen en onze uitgebreide ervaring met integraal samenwerken.